Fiscale wetgeving in 2015

Infofiche

Activiteitcategorie: beleidsexpertise en -ondersteuning.

Beschrijving van de activiteit: in 2015 heeft de Dienst Reglementering van BEO actief meegewerkt aan de concretisering van een aantal beslissingen in uitvoering van het regeerakkoord. Een van de belangrijkste dossiers was de tax shift.

Externe partners: onder andere de Belgische financiële instellingen.

Betrokken doelgroepen: burgers en ondernemingen.

Interview
Georges De Bolle
Georges De Bolle
adviseur-generaal, hoofd van de Dienst Reglementering
Stafdienst voor Beleidsexpertise en -ondersteuning

Kunt u de situatie voor en na die wetswijziging beschrijven?

George de Bolle: Het regeerakkoord had al aangekondigd dat de regering de bedoeling had een parafiscale en fiscale verschuiving (‘tax shift’) door te voeren om een voldoende omvangrijke lastenverlaging te kunnen financieren. Het doel is de fiscale en parafiscale lasten op arbeid aanzienlijk verminderen, rekening houdend met nationale en internationale aanbevelingen.

Die verandering zat er aan te komen doordat in België de fiscale lasten op inkomsten uit arbeid hoog zijn in vergelijking met de belastingdruk op andere inkomsten.

De wet van 26 december 2015 houdende maatregelen inzake versterking van jobcreatie en koopkracht (BS 30.12.2015) heeft er voor gezorgd dat die druk meer evenredig zal zijn. Dit resultaat is bereikt door een verhoging van de forfaitaire beroepskosten en een verlaging van een aantal belastingtarieven in de personenbelasting. Daartegenover staat dan een verhoging van het tarief van de roerende voorheffing en het belasten van specifieke inkomsten uit vermogen, zoals de speculatiebelasting. Ook de invoering van btw op esthetische ingrepen moet voor een compensatie zorgen.

Wat is de impact voor de burgers en de ondernemingen?

George de Bolle: Voor de burgers die enkel over beroepsinkomsten uit arbeid beschikken, zal in de periode 2016 tot 2019 in verschillende fases een hoger netto inkomen beschikbaar zijn. Vanaf 2020 zullen alle maatregelen samen effect hebben. De maatregelen in het kader van de tax shift zijn voor de burgers direct voelbaar via de vermindering  van de bedrijfsvoorheffing die wordt ingehouden op de lonen voor lage en middeninkomens.

Ondernemingen zullen door de lagere tarieven van de personenbelasting minder moeten vooraf betalen.

Bovendien zijn in de marge van de tax shift nog andere maatregelen getroffen zodat ook voor ondernemingen de belastingdruk verlaagt. Zo is er een hogere investeringsaftrek voor bepaalde investeringen.

Verder vaardigde de regering maatregelen uit die er moeten voor zorgen dat spaargelden in de Belgische economie worden geïnvesteerd. Dat moet startende ondernemingen helpen. Andere maatregelen zorgen er voor dat de lasten voor ondernemingen worden beperkt door een vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing in te voeren.

Welke andere realisaties zijn er geweest op wetgevend vlak?

George de Bolle: Het spreekt voor zich dat de tax shift niet het enige dossier was dat is behandeld door de Dienst Reglementering.

We hebben ook actief meegewerkt aan internationale regelgeving door te onderhandelen voor akkoorden ter vermijding van de dubbele belasting. Ook de samenwerking met andere landen door middel van internationale akkoorden stond hoog op de agenda. Een voorbeeld daarvan is de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden (BS 31.12.2015). Die wet is een omzetting van een akkoord dat is gesloten op het niveau van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en van een Europese richtlijn.

Uiteraard voerden we ook meer punctuele aanpassingen van de wetgeving uit. Een voorbeeld daarvan is de ‘diamanttaks’. Dat is een specifieke belastingregel voor de diamantsector. Een ander voorbeeld is het pakket van sociale en fiscale maatregelen in de horecasector, de zogeheten flexi-jobs. Dat is een nieuwe vorm van tewerkstelling die de werknemer toelaat om naast zijn job bij te klussen in de horecasector, en dat tegen gunstige voorwaarden.

Vergeet tot slot ook niet dat nieuwe wetgeving vaak uitvoeringsbesluiten vereist. Ook dat aspect maakte deel uit van de realisaties van het jaar 2015.